Esther woont bij Prinsenstichting. Ze wil graag zelfstandiger wonen en heeft een tijdje met twee anderen in een woning van Prinsenstichting gewoond. Omdat dit uiteindelijk niet goed gaat, zoeken team en ouders naar oorzaken en oplossingen voor de problemen. Daarbij staan ze diametraal tegenover elkaar. Volgens het team zijn de vaardigheden van Esther beperkt en is er sprake van overschatting. Ouders daarentegen vinden dat ze juist veel vaardigheden heeft en te weinig gestimuleerd wordt. Conflicterende visies, waar Esther midden in zit.
In deze aflevering van 'Leren van casussen', zien we hoe van deze twee verhalen één gemaakt wordt en iedereen weer vanuit dezelfde visie werkt. Het resultaat is dat Esther zelfstandig kan wonen op het terrein van Prinsenstichting.
Toen
Esther fietst hard en niet zonder risico's over het terrein van de zorgorganisatie. Dat doet ze niet omdat ze van fietsen houdt, maar omdat ze boos is. Boos op de mensen van de dagbesteding, boos op haar medebewoners en boos op… op iedereen eigenlijk. Volgens haar ouders ligt het vooral aan het behandelteam en de begeleiders. Maar andersom vinden zij juist dat de ouders niet goed zien hoe de situatie echt in elkaar steekt. En Esther zit er tussenin. En zij is duidelijk niet blij met het conflict tussen haar ouders en Prinsenstichting. Voor wie moet zij kiezen?
Nu
Esther fietst nog steeds. Maar nu doet ze dat wel met plezier. Gelukkig hoefde Esther uiteindelijk niet te kiezen tussen haar ouders en de mensen van Prinsenstichting. Die kunnen het nu goed vinden met elkaar en ze zitten op één lijn als het gaat om Esther. Terugkijkend had iedereen misschien wel gelijk, op zijn minst een beetje. En gelukkig voor Esther kunnen alle betrokkenen dat ook toegeven. Hoe belangrijk is het dat mensen bereid zijn naar zichzelf te kijken en met elkaar in gesprek te gaan. Ook als je het oneens bent met elkaar. Juist als je het oneens bent…!